Terwijl we met zijn allen de auto uit stappen voel ik Kit haar hand in die van mij.
“Ga even opzij mop, dan kan ik de deur dicht doen.”
Kit gaat opzij en loopt daarna lief kletsend, hand in hand met mij naar huis.
Het lijkt iets heel normaals – maar voor ons is dit zeldzaam. Normaal wordt er minstens één broer weg geduwd. En op het moment dat ik de autodeur dicht wil doen wordt er meestal een hand tussen gestoken. Plus, zodra we naar huis lopen, neemt Kit vaak de benen. Wat betekent dat ik al onze spullen op het fietspad bij ons huis moet neerleggen zodat ik Kit kan inhalen. Om haar dan heel pedagogisch mee naar huis te sleuren.
Het gaat de laatste weken zo rustig en onder controle dat ik al weer bijna was vergeten hoe het eerder ging. Komt het omdat het vakantie is en er dus minder van Kit gevraagd wordt? Of zou onze opvoeding eindelijk aan slaan?
Om hier achter te komen besloten Bart en ik naar de bouwmarkt te gaan. Dé plek voor Kit (en Dex) om helemaal los te gaan. Op een of andere manier worden zij daar zo getriggerd dat ze er van alles uithalen. Heel pedagogisch beloofden we ieder een ijsje als ze zich goed zouden gedragen. Bij binnenkomst bleek die belofte al door iedereen vergeten te zijn. Dex haalde alle kleurstaaltjes van de muur en werd boos dat we niet zijn kleur blauw (oranje, roze, geel en bruin) kozen. Kit was al snel weg en die vond ik drie paden verder op bij de wc’s. Ik was gelukkig net op tijd om haar broek weer op te hijsen, zij wilde namelijk “poepen!!” op de showroom toiletpotten.
Ondertussen probeerde Bink vanaf het wagentje karate sprongen te doen, zodat deze met volle snelheid richting een stapel verfblikken schoot.
We spraken ze nog eens stevig toe en zeiden dat ze echt alleen een ijsje kregen als er niets stuk zou gaan en iedereen bij ons zou blijven.
Na een half uur liepen we met blije kinderen de bouwmarkt uit, op naar de ijsboer! Of iedereen zich goed gedragen had? Geen idee, wij hebben stiekem de andere kant opgekeken. En ik hou mijzelf voor dat onze opvoeding écht wel aanslaat.