Woont ze nog thuis?

“Woont ze nog thuis?”, vraagt iemand aan mij.

Ik kijk naar mijn lieve grietje die achter een ander meisje aan huppelt. Ze versnelt en springt over iets wat op de grond ligt. Ik ben verbaasd over de vraag, want waarom zou Kit niet thuis wonen? Als ik naar Kit kijk zie ik een bijna “normaal” meisje, motorisch erg handig, gek op spelen en basketballen. Ze klimt zo in de touwen bij ZaanForce en zoekt graag contact. Ok, niet iedereen verstaat wat ze zegt, maar dat gaat ook steeds beter. En ja, als ze bezig is hoor je de hele tijd “gggggg” omdat ze nou eenmaal een zenuwtik heeft en graag haar keel schraapt. Voor ons best handig want we weten altijd waar ze ongeveer is. En als ze met andere kinderen speelt, kan ze soms een beetje vreemd uit de hoek komen, niet ieder kind vind het namelijk leuk om bijvoorbeeld “Fikiew-mens” genoemd te worden. Geen idee wat ze er mee bedoelt, maar een 7 jarig kindje kan er nogal beledigd over zijn.

Kit is zo geaccepteerd in onze omgeving, dat ik er ook niet altijd meer bij nadenk. Pas als we weer ergens komen waar mensen Kit niet kennen, besef ik eigenlijk pas weer dat ze anders is. En dat het ook allemaal wat anders werkt bij haar. Dat een nieuwe omgeving nogal verwarrend is en niet zo vanzelfsprekend is zoals bij ons. Dus als je een weekendje weg op de camping bent, en je gaat voor de 20e keer naar het toiletgebouw, is het ook lastig om de weg terug te vinden. Al is het één weg, met één keer afslaan. En zo was het dus, dat ik dit eigenlijk vergat. Ik vergat dat het voor Kit niet vanzelfsprekend is. Dus toen ze na een half uur nog niet terug was en Bink mij er op wees dat Kit er nog niet was, schrok ik. Ze zal toch niet de halve camping over zijn gegaan? Want hoe kan zij vertellen waar ze zit? Want hoe gaan mensen haar verstaan? En zo werd de onbekende omgeving voor Kit, ook ineens mijn onbekende omgeving en ik voelde hoe overweldigend dit voor haar is.

Ik liep snel naar de toiletten en daar zag ik haar midden op het pad in kleermakerszit zitten. En ik hoorde haar “gggggg” terwijl ze met het zand op de grond aan het spelen was. Aan de overkant zaten 4 kinderen op een rijtje, waarvan er een paar vreemd naar haar keken. Waarschijnlijk had Kit iets geks naar ze geroepen en probeerden ze te plaatsen wat ze daarmee bedoelde. Ze kon de weg niet vinden en wachtte rustig tot wij haar kwamen zoeken.

En daarom ben ik zo blij met onze omgeving, dat iedereen Kit kent én accepteert. Natuurlijk komen er af en toe kinderen naar me toe om te vertellen dat Kit iets geks tegen ze heeft gezegd of iets niet wilt doen. Maar ze zijn er ook om Kit te helpen als ze even iets niet durft of om met haar te spelen.

Dus ja, ze woont gelukkig nog thuis! In haar eigen bekende omgeving.