Puppyliefde

“Nou, we lezen het wel in een blog!”

Dit werd mij ruim 10 weken geleden gezegd aan het begin van de hele Corona periode. Een periode die allemaal veel langer is gaan duren, dan dat we toen ooit hebben gedacht.
Elke week zat ik er klaar voor om een blog te schrijven, maar elke week bleef ik na een alinea steken. Want wat gebeurde er aan de ene kant veel, maar toch ook weer weinig. We zaten met zijn allen thuis, net als de rest van Nederland en eigenlijk ook de rest van de wereld. En hoe lastig het ook af en toe was, hoe soepel het eigenlijk allemaal ging. Kit noemde ons de állerliefste juf en meester (Sorry juf Nita en meester Garmt) en elke dag wisten we er met zijn allen een zo productief mogelijke dag van te maken.

Maar ook bij ons begon het na een aantal weken toch wat benauwend te worden. Elke dag met je kinderen aan de keukentafel zo veel mogelijk schoolwerk weg te werken is lastig. En Kit kan je wel de allerliefste juf noemen, ik leerde haar erg weinig nieuwe dingen. En Dex kan wel net alsof doen dat hij hard aan het werk is, de berichten van juf zeiden toch wel wat anders. En Bink zat elke dag keurig achter zijn laptop, maar zoveel uren zorgde voor een zere nek en schouders. Mijn eigen werk probeerde ik tussendoor ook nog te doen. En aan de andere kant zaten we met onze CrossFit-gym die niet open mocht vanwege de Corona maatregelen.

Al met al, werden we af en toe een beetje gek van elkaar na zoveel weken. Je zit op elkaars lip en je ziet elkaar zo goed als de hele dag. Dus om het allemaal wat gezelliger te maken besloten we, net voor Koningsdag, een puppy te kopen! Een lieve bruine meisjes labrador genaamd Milly! In de eerste week bleek het niet helemaal een handige stap als je gezin al erg op elkaars lip zit, er dan nog een levend en bewegend wezen bij te nemen. Daarnaast is Kit eigenlijk bang voor honden. Stiekem hoopte ik dat dit op magische wijze zou verdwijnen op het moment dat er een lieve kleine pup rond loopt. Niets bleek minder waar en Kit schoot compleet in de paniek op het moment Milly in huis rondliep.

Dit maakte de eerste dagen echt heel pittig. We vonden het eigenlijk zo zielig voor Kit en Milly, dat we twijfelden of we er wel goed aan hadden gedaan. Maar als we de blije koppies van Bink en Dex zagen, kon je niet ineens besluiten de pup weg te doen. Dus we moesten aan de bak.. Stap voor stap lieten we Kit wennen aan de situatie. Flink belonen en benoemen met wat ze wel durfde en zelf wilde doen.

Nu anderhalf maand later is het zoveel anders. Milly is Kit haar grote vriendin en noemt het soms zelfs haar eigen hond. Ze laat haar af en toe uit en overlaadt haar met snoepjes. Onverwachte bewegingen of blaffen is nog even schrikken. En aan tafel zitten met haar benen naar beneden is nog te spannend. Maar verder loopt iedereen nu in huis rond en zijn aan elkaar gewend. Het was even hard werken, maar uiteindelijk hebben we nu een lieve pup en blije kinderen.

En… hoe was jullie Corona tijd?

Schrijven

Al weken staat het mailtje van de uitgever van ‘Mijn Kit heeft Down’ in mijn Postvak In. Het mailtje met de vraag: “Wat denk je van een nummer twee?”
Een tweede boek schrijven, zou ik dat kunnen? Of eigenlijk, zou ik dat willen? Wat houdt mij tot nu toe tegen?

Het eerste boek schrijven was pittig, niet alleen mentaal maar vooral lichamelijk. Ik heb nog nooit zo een zere schouder gehad. Elke avond probeerde ik mij weer achter de computer of laptop te schuiven om toch wat woorden eruit te persen. Om vervolgens met een onwijs zere schouder, nekpijn en hoofdpijn weer op de bank te gaan zitten. Ik heb mijzelf vaak genoeg horen zeggen dat ik het schrijven niet eens zo moeilijk vond, maar vooral de lichamelijke pijn om even achter die computer te zitten.

Daarnaast levert een boek schrijven financieel niet super veel op. Als je het vergelijkt met het aantal uur dat je er in steekt, kan je nog beter lege flessen ophalen en inleveren.

Dus waarom zou ik het dan doen?
Als ik terug denk aan het schrijven, is het iets wat mij zoveel voldoening geeft. Als je eenmaal achter die computer zit, komen de woorden vanzelf op papier. Je leest wat terug, je schaaft wat aan de zinnen, maar verder is het eigenlijk een grote stroom die ineens een verhaal vormen. En dan blijken ook heel veel mensen het leuk te vinden wat je schrijft. Ondanks mijn spelfouten, soms wat vreemde zinsopbouw en humor die ik vooral zelf begrijp. Mijn boek werd soms in een avond uitgelezen en heel veel mensen “konden het niet weg leggen”. Ook weet ik dat een flink aantal gezinnen er veel aan hebben gehad. Ouders die net een kindje met Down hadden gekregen. Mensen in de zorg of die les geven op een school waar ook een kindje met Down geplaatst is. En hoe bijzonder is het als je mensen kan steunen in een tijd waarin ze dit zo nodig hebben.

En als je mij vraagt wat ik het liefst zou doen qua schrijven?

Dan zou ik mijn blogs graag betaald willen schrijven voor een grote (mama-) website, of als een column voor blad. Ik houd van de korte stukjes en de dynamiek die daar in zit. Het scherp blijven op verhalen en als je dan iets mee maakt dat je eigenlijk al aan een titel denkt en je zo snel mogelijk achter die computer wilt. Het liefst samen met een foto waar mensen hard om kunnen lachen.

En dat boek? … we denken er toch nog even over na…